Article header

Het premenstrueel syndroom

Bij het premenstrueel syndroom (PMS) is er sprake van klachten in de tweede helft van de menstruatiecyclus, na de eisprong, die weer verdwijnen wanneer de menstruatie begint. Soms zijn er ook klachten tijdens de eerste dagen van de menstruatie. Na een klachtenvrije periode van minimaal een week komen de klachten weer terug.

Er zijn honderden lichamelijke en psychische klachten bij PMS beschreven. Bij de vraag of er bij u sprake is van het PMS is het tijdstip waarop de klachten beginnen en weer weggaan belangrijker dan de soort klachten.

De bekendste klachten bij het premenstrueel syndroom

text image
  • pijnlijke borsten;
  • een opgeblazen gevoel;
  • gewichtstoename door vochtophoping;
  • huidproblemen;
  • psychische klachten zoals emotioneel, snel geïrriteerd of gespannen zijn en depressief of agressief zijn.

Bij wie treedt premenstrueel syndroom op?

Ongeveer vier procent van de vrouwen tussen 15 en 45 jaar heeft last van PMS. PMS begint vaak na het dertigste jaar of na het krijgen van kinderen. Bij jongere vrouwen komt PMS minder vaak voor. Na de overgang verdwijnen de klachten.

Waarom de ene vrouw wel last krijgt van PMS en de andere niet is nog niet duidelijk. Wel is bekend dat vrouwen met PMS-klachten gevoeliger zijn voor hormoonwisselingen dan vrouwen die er geen last van hebben. Bepaalde signaalstoffen in hun hersenen (neurotransmitters) werken onvoldoende om de gevolgen van de hormoonwisselingen op te vangen.

Hoe wordt de diagnose gesteld?

Spiegelbepalingen van de hoeveelheid hormonen in het bloed is niet zinvol bij PMS-klachten. Vrouwen met PMS hebben niet meer of minder hormonen in hun bloed dan vrouwen zonder klachten. Ook een lichamelijk onderzoek is niet zinvol. De enige manier om de diagnose te stellen is door de klachten in kaart te brengen. Door gedurende minstens twee maanden dagelijks bij te houden op welke dagen u waarvan last hebt en wanneer u menstrueert, krijgt u inzicht in uw klachten. Deze notities kunt u vervolgens met uw arts bespreken.

Tips bij premenstrueel syndroom

  • Vraag uw naasten om begrip voor uw klachten, hoe moeilijk dit ook is.
  • Doe het rustig aan tijdens de ‘slechte’ dagen.
  • Sport regelmatig.
  • Wees matig met koffie, alcohol, vet, zout en scherpe kruiden.
  • Stop met roken.
  • Praat over uw ervaringen.

Medicijnen bij premenstrueel syndroom

Wanneer bovengenoemde tips in combinatie met een gezond en regelmatig leven onvoldoende effectief zijn, kunt u een behandeling met medicijnen overwegen. De medicijnen werken via een van de volgende mechanismen: onderdrukking van de eisprong of beïnvloeding van de neurotransmitters van de hersenen.

Een medicijn dat de eisprong onderdrukt heeft als gevolg dat er minder hormoonwisselingen zijn. Een van de manieren om dit te doen is met behulp van de anticonceptiepil. Niet bij alle vrouwen werkt dit even goed; sommigen blijken de pil niet goed te verdragen. Ook een hormoonspiraal behoort tot de opties. PMS-klachten kunnen er gunstig op reageren.

Medicijnen die de neurotransmitters in de hersenen beïnvloeden zorgen ervoor dat de hersencellen minder gevoelig worden voor natuurlijke hormoonwisselingen. Dit zijn eigenlijk antidepressiva uit de groep van de SSRI’s (selectieve serotonine heropname-remmers). Ongeveer 70 procent van de vrouwen met PMS-klachten heeft baat bij deze medicijnen.

Bespreek met uw huisarts wat voor u de mogelijkheden zijn.

Ook zijn er voedingssupplementen te koop die speciaal bedoeld zijn voor ongemakken rondom de menstruatie. Deze bevatten vaak teunisbloemolie en vitamine B6.