Zo kan je makkelijk alle informatie vinden in het "Mijn apotheek" menu. Heb je een andere apotheek nodig? Tik dan op "Kies een andere apotheek".
Chloorpromazine vermindert in de hersenen de effecten van natuurlijk voorkomende stoffen die belangrijk zijn voor verschillende hersenfuncties.
Artsen schrijven het voor bij misselijkheid en braken. Ook wordt het soms gebruikt bij hik in de laatste levensfase (palliatieve zorg), als andere medicijnen niet goed werken.
Oorzaak
Misselijkheid en braken ontstaan doordat het braakcentrum in de hersenen wordt geprikkeld. De prikkels kunnen afkomstig zijn uit het evenwichtsorgaan, ergens vanuit de hersenen, of van de maag en darmen.
Behandeling
Chloorpromazine wordt gebruikt als andere medicijnen tegen misselijkheid onvoldoende effect hebben. Bijvoorbeeld bij ernstige misselijkheid na een operatie, bij chemotherapie of bij mensen die op sterven liggen, als andere middelen niet voldoende helpen. Het wordt meestal toegediend via een zetpil.
Werking
Chloorpromazine blokkeert de prikkeling van het braakcentrum. Hierdoor neemt misselijkheid en braakneiging af. De werking begin na ongeveer een uur en houdt drie tot vier uur aan.
Oorzaak
Bij hik trekt het middenrif (een spier tussen buik en longen) vanzelf samen. Het kan ontstaan door te snel eten of drinken, niet goed kauwen of door koolzuurhoudende dranken. Ook alcohol kan hik veroorzaken. De zenuwen in de keel en het middenrif worden hierdoor geprikkeld en het middenrif trekt samen (krampen).
Soms hebben mensen met een aandoening van de longvliezen of de maag vaak de hik.
Meestal is de hik onschuldig, het gaat in het algemeen na korte tijd weer over. Een enkele keer houdt de hik echter verschillende dagen of langer aan. Dit kan leiden tot pijn in de borst en tot uitputting.
Behandeling
Rustig eten en drinken is de beste manier om hikaanvallen te voorkomen. Mocht dit niet voldoende helpen dan is chloorpromazine een mogelijkheid.
Hoe chloorpromazine bij de hik werkt, is niet bekend.
Lees meer over voortdurende hik . "Sufheid, slaperigheid, wazig zien en vermindering van het reactie-, concentratie- en coördinatievermogen
Voorkom ongelukken in het verkeer, maar ook bij andere activiteiten thuis en op het werk, bijvoorbeeld wanneer u een ladder beklimt, apparaten bedient en op het werk iets bewaakt of controleert. Ook als u `s nachts uit bed moet om naar het toilet te gaan, kunt u minder controle over uw spieren hebben en daardoor sneller vallen.
Deze bijwerkingen worden minder na verloop van enkele weken, maar verdwijnen over het algemeen niet.
Duizeligheid, vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel
Dit gaat in het algemeen over als uw lichaam zich heeft ingesteld op het medicijn. Dit is meestal binnen enkele dagen tot weken. Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt dan het best even liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Blijft u last houden, bespreek dit dan met uw arts.
Droge mond doordat u minder speeksel aanmaakt
Als u veel last heeft van een droge mond kunt u de aanmaak van speeksel stimuleren met (suikervrije) kauwgom of door te zuigen op ijsblokjes. Door de droge mond ontstaan sneller gaatjes in uw gebit en ontstekingen van het slijmvlies van de mondholte. Poets en flos extra goed als u merkt dat u last blijft houden van een droge mond. Laat eventueel de tandarts vaker controleren.
Droge ogen, doordat u minder traanvocht aanmaakt. Vooral mensen met contactlenzen hebben hier snel last van.
Als u het syndroom van Sjögren heeft, een aandoening waarbij de slijmvliezen van onder andere ogen en mond droger zijn dan normaal: u kunt meer klachten krijgen. Neem contact op met uw arts als u meer last heeft van oogirritatie of een droge mond. Mogelijk is een ander medicijn geschikter.
Verstopping (obstipatie)
Eet vezelrijke voeding en drink veel.
Afvlakking van het gevoelsleven, verlies van initiatief en activiteit, neerslachtigheid, gevoel opgesloten te zitten en een gevoel van leegte.
Minder zin in seks en moeilijker krijgen van een erectie of een orgasme
Deze bijwerking kan ook pas optreden bij verhoging van de dosering.
Bewegingsstoornissen, zoals rusteloosheid, plotselinge spiertrekkingen en spierstijfheid. Dit kan zich uiten in: niet stil kunnen zitten, wiebelen met voet of hand, onrustgevoelens ('akathisie'), spiertrekkingen in hoofd of gezicht ('acute dystonie'), stijve spieren waardoor u moeite heeft met bewegen, lopen of spreken (“parkinsonisme”).
Raadpleeg uw arts als u lijdt aan de ziekte van Parkinson of als u al een bewegingsstoornis heeft. De verschijnselen kunnen door dit medicijn erger worden. Misschien kan de arts een ander medicijn voorschrijven.
Sommige bewegingsstoornissen beginnen binnen enkele dagen na de eerste dosis of na een dosisverhoging. Het kan ook na langdurig gebruik ontstaan, of pas na stoppen. Soms verdwijnt het binnen een paar dagen. Door deze bijwerkingen kunt u ook spier- of gewrichtspijn krijgen.
Overleg met uw arts als u bewegingsstoornissen merkt. Soms kan uw arts u een ander medicijn voorschrijven waar u minder last van krijgt. Ook zijn medicijnen mogelijk die de bewegingsstoornissen tegengaan.
Late bewegingsstoornissen ('tardieve dyskinesie'). Als deze bijwerkingen ontstaan is dat meestal na langdurig gebruik (meerdere maanden). U merkt ze in eerste instantie aan zuig-, kauw- en smakbewegingen, bewegingen van de tong en grimassen en tics van het gezicht. Neem bij deze eerste verschijnselen contact op met uw arts voor overleg. Latere verschijnselen die op kunnen treden zijn: buig- en strekbewegingen van vingers en tenen, dansachtige bewegingen van armen en benen en zwaai- of draaibewegingen van schouders en bekken.
Deze bijwerkingen kunnen soms pas aan het licht komen als u met chloorpromazine bent gestopt.
Na stoppen met het medicijn nemen de verschijnselen na verloop van tijd af, maar bij een deel van de mensen gaat deze bijwerking niet meer helemaal over.
Opwinding en angstig gevoel. Vooral jonge kinderen en ouderen hebben hier eerder last van.
Gewichtstoename door en toename van de eetlust en een veranderde stofwisseling
Raadpleeg uw arts of een diëtist als u hier veel last van heeft.
Plasproblemen, door minder controle over de spieren van de blaas. Daardoor kunt u last krijgen van ongewild urineverlies, maar ook moeite met plassen of om de blaas helemaal leeg te maken. Dit is vooral van belang als u al moeite met plassen heeft door een vergrote prostaat. Door achterblijven van urine in de blaas heeft u ook meer kans op blaasontsteking. Neem contact op met uw arts als u problemen krijgt met plassen. Mogelijk is een ander medicijn geschikter voor u.
Te veel glucose (suiker) in het bloed. Raadpleeg uw arts als u ongewoon veel dorst heeft en veel moet plassen. Als u diabetes heeft, is het belangrijk vaker uw bloedglucose te controleren, omdat dit medicijn de hoeveelheid glucose in het bloed kan verhogen.
Maligne neuroleptica-syndroom. Dit is te merken aan onverklaarbare koorts, zeer stijve spieren, sufheid, hartkloppingen en ernstig zweten.
Neem bij deze verschijnselen onmiddellijk contact op met uw arts. Als het optreedt, is dat meestal tijdens de eerste twee weken van het gebruik of binnen twee weken na een verhoging van de dosering.
Overgevoeligheid. U merkt dit aan huiduitslag en jeuk.
Dit gaat vanzelf over als u met dit middel stopt. Geef aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor chloorpromazine. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn niet opnieuw krijgt.
Deze huidverschijnselen kunnen ook ontstaan onder invloed van UV-licht (zon, zonnebank, UV-lamp). Merkt u dat u huidklachten krijgt door blootstelling aan zonlicht? Blijf dan uit direct zonlicht, met name tussen 10.00 en 15.00 uur, draag beschermende kleding, waaronder hoed en zonnebril, smeer een zonnebrandmiddel met minimaal factor 15 op, gebruik lippenbalsem met minstens factor 15, ga niet onder de zonnebank. Als u een ernstige reactie op de zon krijgt, staak dan meteen het gebruik en neem contact op met uw arts. U moet dan overstappen op een ander medicijn.
Neusklachten zoals een verstopte neus, een loopneus of ontsteking van het neusslijmvlies
Neem contact op met uw arts als u neusklachten krijgt. Mogelijk is een ander medicijn geschikter voor u.
Bloedarmoede, een verhoogde kans op infecties en een verhoogde kans op bloedingen, zoals bloedneuzen
Deze bijwerkingen kunnen ontstaan als het lichaam minder rode en witte bloedcellen en minder bloedplaatjes aanmaakt. Neem bij deze verschijnselen meteen contact op met uw arts.
Donkergrijs grauwe vlekken op de huid en in de ogen kunnen ontstaan na langdurig gebruik van hoge doseringen
Raadpleeg in dat geval uw arts. Als u stopt met dit medicijn, verdwijnen deze vlekken meestal vanzelf.
Epileptische aanvallen
Bloedstolsels in de bloedbaan (trombose). De verschijnselen van trombose kunnen zijn: pijnlijke zwelling van het been, plotselinge pijn op de borst en kortademigheid. Waarschuw in deze gevallen onmiddellijk een arts, of ga meteen naar de Eerste-Hulpdienst.
Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden
Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen
Kijk voor de juiste dosering op het etiket van de apotheek.
Hoe?
Verwijder de folie of het plastic rond de zetpil en breng de zetpil in de anus. U kunt de zetpil met wat water bevochtigen zodat deze beter glijdt.
Hoe lang?
Hoe lang u dit medicijn moet blijven gebruiken, is afhankelijk van uw situatie. Overleg hierover met uw arts.
autorijden?
Gebruikt u dit medicijn elke dag?
Het is gevaarlijk aan het verkeer deel te nemen als u dit medicijn gebruikt. Dit komt door bijwerkingen, zoals slaperig, suf en duizelig zijn of wazig zien. U mag NIET autorijden zolang u dit medicijn gebruikt!
Moet u absoluut kunnen autorijden? Overleg dan met uw arts. Mogelijk bestaat er een ander medicijn waarmee u wel mag autorijden
Gebruikt u dit medicijn 1 keer?
Het kan gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen als u dit medicijn gebruikt. Dit komt door bijwerkingen, zoals slaperig, suf en duizelig zijn of wazig zien.
U mag vanaf 24 uur (1 dag) na de laatste inname weer autorijden. Meestal heeft dit medicijn dan geen invloed meer op het autorijden. Heeft u chloorpromazine bijvoorbeeld om 10 uur in de ochtend ingenomen? Dan mag u de volgende dag na 10 uur in de ochtend weer autorijden. Maar doe dat alleen als u geen last meer heeft van de bijwerkingen.
Gebruikt u ook andere medicijnen die deze bijwerkingen geven? Let er dan op dat u meer last kunt hebben van deze bijwerkingen.
Gebruikt u dit medicijn 5 dagen of minder?
Het kan gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen als u dit medicijn gebruikt. Dit komt door bijwerkingen, zoals slaperig, suf en duizelig zijn of wazig zien.
Hoelang u niet mag autorijden hangt af van hoeveel dagen u dit medicijn heeft gebruikt. Na de laatste inname mag u hetzelfde aantal dagen dat u dit medicijn heeft gebruikt niet autorijden. Heeft u chloorpromazine bijvoorbeeld 4 dagen achter elkaar gebruikt? Dan mag u na de laatste inname 4 dagen niet autorijden. Daarna mag u alleen autorijden als u geen last meer heeft van de bijwerkingen.
Gebruikt u ook andere medicijnen die deze bijwerkingen geven? Let er dan op dat u meer last kunt hebben van deze bijwerkingen.
Voor meer algemene informatie kunt u het thema 'Medicijnen in het verkeer' lezen. In dit thema leest u bijvoorbeeld wat de wet zegt over medicijnen in het verkeer. Ook vindt u adviezen waarmee u rekening moet houden als u wel (weer) wilt autorijden.
alcohol drinken?
Alcohol maakt het versuffende effect van dit medicijn sterker. Ook als u hier niets meer van merkt omdat u gewend bent geraakt aan dit medicijn, kunt u door het gebruik van alcohol erg suf worden. Beperk daarom het gebruik van alcohol en drink het liever niet.
alles eten?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.
Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.
De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.
Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.
Zwangerschap
Ernstige misselijkheid tijdens de zwangerschap
Overleg met uw arts. Als andere medicijnen onvoldoende effect hebben, kunt u dit medicijn gedurende enkele dagen gebruiken. Houd u zich hierbij aan het voorschrift van uw arts.
Gebruik het niet meer in de laatste drie maanden want dan kan het schadelijk zijn voor de baby. Bovendien kan het kind dan na de geboorte last hebben van bewegingsstoornissen en ontwenningsverschijnselen. Dit is bijvoorbeeld te merken aan slecht drinken en veel huilen.
Andere toepassingen
Krijgt u dit medicijn voor iets anders dan misselijkheid en overgeven tijdens de zwangerschap? Of gedurende een langere tijd? Gebruik dit medicijn dan NIET als u zwanger bent of binnenkort zwanger wilt worden.
Meld het in elk geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent, of dit binnenkort wil worden. Zo mogelijk kunt u tijdelijk met dit middel stoppen of overstappen op een ander veilig middel.
Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u borstvoeding geeft. Dit medicijn komt namelijk in kleine hoeveelheden in de moedermelk terecht. Het kan dan ernstige bijwerkingen bij het kind geven. Met name jonge kinderen zijn zeer gevoelig voor deze bijwerkingen. Misschien kan uw arts een ander medicijn voorschrijven. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.
Chloorpromazine is sinds 1951 internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar als het merkloze Chloorpromazine zetpillen FNA.
Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.