Introductie
Regorafenib is een tyrosinekinaseremmer. Het is een doelgerichte kankerremmende stof ('targeted therapy'). Het remt de groei en het uitzaaien van kankercellen.
Artsen schrijven het voor bij bepaalde vormen van kanker in maag, darmen of lever.
Instructiefilmpje
Film 1 - Slikken van medicijnen
Highlight
- Regorafenib remt de groei van kanker.
- Bij kanker van de dikke darm en endeldarm (colorectaal carcinoom) en bij kanker van het weefsel van maag en darmen (die ziekte GIST).
- Neem de tablet vlak na een licht ontbijt in.
- Pas op met grapefruit. Eet of drink niet te veel grapefruit(sap). Dan is de kans op bijwerkingen namelijk groter. Vraag om informatie bij uw apotheek. Of lees hier meer informatie.
- Bijwerkingen die u direct merkt zijn diarree of misselijkheid. Drink bij braken en diarree extra. Dan heeft u minder kans op uitdroging.
- Bloedafwijkingen kunnen optreden. U merkt dit aan extreme moeheid, een bleke huid, bloedneuzen, blauwe plekken en andere bloedingen, ontsteking van het tandvlees en in de mond, blaasontsteking, steenpuisten en schimmelinfecties.
- Overige bijwerkingen: vermoeidheid, pijnlijke handen en voeten, hoge bloeddruk en (zeer zelden) leverbeschadiging.
- Vraag advies wat u tegen de bijwerkingen kunt doen.
- Uw arts zal u regelmatig op deze bijwerkingen controleren. Als de bijwerkingen optreden moet de dosering meestal tijdelijk omlaag.
- U mag niet zwanger worden tijdens en gedurende ten minste 2 maanden na de behandeling.
Werking
Kanker
Kanker is een verzamelnaam voor meer dan honderd verschillende aandoeningen, waarbij lichaamscellen zich ongeremd vermenigvuldigen. Het gevolg is tumoren (gezwellen) of afwijkingen in bloed en lymfebanen. Het is een ernstige ziekte die fataal kan zijn, als men er niets aan doet.
Dankzij nieuw onderzoek is tegenwoordig goede behandeling voor veel soorten kanker mogelijk.
Artsen schrijven regorafenib voor bij kanker van de dikke darm en de endeldarm (colorectaal carcinoom), bij kanker van het weefsel van maag en darmen (dit heet GIST) en bij een bepaalde vorm van leverkanker (hepatocellulair carcinoom), als andere behandelingen niet mogelijk zijn of niet voldoende effect hebben.
Oorzaak
In elke cel zit DNA. DNA bevat de erfelijke eigenschappen van ons lichaam, zoals de bloedgroep en de kleur van de ogen. Door het DNA weten cellen wat ze moeten doen. Bijvoorbeeld ook hoe snel ze zich moeten delen.
Bij een celdeling ontstaan uit één cel 2 dochtercellen, met exact hetzelfde DNA als de moedercel. Als het stukje DNA dat de celdeling bestuurt, beschadigd raakt, kan de cel zich sneller gaan delen. De dochtercellen van elke cel bevatten dezelfde beschadiging in het DNA. Daardoor gaan ook deze cellen zich ongeremd delen, met kanker tot gevolg.
Hoe de beschadiging in het DNA ontstaat, is vaak onbekend. Het lijkt soms te komen door chemische stoffen als teer in tabaksrook, of door asbest, alcohol, te veel of te vet voedsel, straling of door een erfelijke aanleg.
Verschijnselen
Kanker is een verraderlijke ziekte. Elke kankersoort veroorzaakt weer andere klachten. In het beginstadium zijn er vaak helemaal geen verschijnselen. Pas als een kankergezwel tegen zenuwen aan gaat drukken, is pijn te voelen.
Sommige klachten komen bij vrijwel alle kankersoorten voor, zoals erge vermoeidheid, gebrek aan eetlust en sterke vermagering (bijvoorbeeld meer dan drie kilo per maand).
Bij kanker van maag en darmen kunnen ook de volgende verschijnselen optreden: bloed bij de ontlasting, veranderde stoelgang of buikpijn. Als de tumor in de buurt van de anus zit, is er soms rood bloed vermengd met de ontlasting. Als de tumor hogerop in de darmen of de maag zit, wordt de ontlasting zwart door verteerd bloed.
Bij leverkanker zijn de bijkomende verschijnselen onder andere buikpijn en gele verkleuring van huid en ogen.
Behandeling
De behandeling hangt af van de plaats waar de kanker zit en het stadium van de ziekte. Operatie, chemotherapie met cytostatica en bestraling zijn de meest voorkomende behandelingsmethoden.
Werking
Regorafenib remt bepaalde soorten enzymen van het type tyrosinekinase. Dit remt de groei en het uitzaaien van kankercellen. Het remt ook de aanleg van bloedvaten naar de tumor toe. Hierdoor duurt het langer voor het kankergezwel verder groeit.
Bijwerkingen
Dit medicijn heeft een krachtige werking op de celdeling, niet alleen van kankercellen maar ook van gezonde lichaamscellen. Hierdoor kunnen bijwerkingen ontstaan, bijvoorbeeld op plaatsen waar de cellen zich van nature snel delen. Dit zijn de slijmvliezen van mond, maag en darmen, de huid, de haren en het bloed.
Door de lijst van bijwerkingen kan het lijken dat het medicijn erger is dan de kwaal. Maar de bijwerkingen komen lang niet bij iedereen in dezelfde mate voor. Bovendien gaan de bijwerkingen na de chemokuur geleidelijk over.
De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:
Regelmatig (bij meer dan 30 op de 100 mensen)
Zwak gevoel en vermoeidheid.
Dit kan komen door bloedarmoede of een verminderde werking van de schildklier (zie Zelden).
Maagdarm-klachten, zoals diarree, misselijkheid, verstopt zijn en braken. Ook minder eetlust waardoor u gewicht kunt verliezen.
Zelden opkomend maagzuur. Om maagpijn en brandend maagzuur te bestrijden, kan de arts een maagbeschermend middel voorschrijven. Bij misselijkheid schrijft de arts een antibraakmiddel voor. Zorg dat u extra drinkt als u diarree heeft en moet overgeven. Mogelijk helpt het om vaker te eten, maar dan kleine beetjes. Door dit middel tijdens het eten in te nemen, heeft u minder last van uw maag.
Het hand-voet-syndroom. Uw handen en voeten zijn dan pijnlijk, rood en gezwollen en kunnen tintelen of doof aanvoelen. De huid kan afschilferen en er kunnen zweren of blaren op de huid ontstaan.
Dit kan voortduren als de therapie is gestopt. Waarschuw uw arts als u deze verschijnselen krijgt.
Te hoge bloeddruk.
Uw arts zal uw bloeddruk regelmatig controleren en de dosering van regorafenib eventueel tijdelijk aanpassen.
Bloedarmoede. Neem contact op met uw arts bij: extreme vermoeidheid, bleke huid en slijmvliezen.
Deze bijwerking ontstaat door een tekort aan rode bloedcellen.
Vaker infecties, door een tekort aan witte bloedcellen. U merkt dit bijvoorbeeld aan ontstekingen van het tandvlees, blaren in de mond, schimmelinfecties, steenpuisten, gordelroos of blaasontsteking.
Overleg met uw arts bij infecties. Tijdens de behandeling zal de arts daarom regelmatig het bloed controleren.
Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)
Bloedingen, zoals bloedneuzen en blauwe plekken, door een tekort aan bloedplaatjes. Neem contact op met uw arts als u deze bijwerkingen merkt of als u merkt dat bloedingen bij een wondje moeilijk te stelpen zijn.
Zelden bloedingen in maag of darmen, hersenbloeding. Waarschuw uw arts bij zwarte, teerachtige ontlasting of bloed in de ontlasting, en bij aanhoudende hoofdpijn of verlammingsverschijnselen.
Pijn, koorts en zelden hoofdpijn.
Pijnlijke mond, tong of keel, heesheid.
Zelden een droge mond en smaakveranderingen. Deze bijwerkingen ontstaan door ontsteking van de slijmvliezen van mond en keel, slokdarm. U kunt dit zien aan een vuurrode kleur van de slijmvliezen. Eten en drinken kunnen hierdoor pijnlijk zijn.
In veel gevallen helpt het om op ijsblokjes te zuigen. Tijdens de behandeling kunnen ingrepen aan uw gebit of in uw mond de klachten verergeren. Daarom is het verstandig vóór u aan de behandeling begint, uw tandarts uw gebit te laten controleren en eventueel behandelen. Verzorg uw gebit extra goed door een aantal maal per dag te poetsen met een zachte tandenborstel. Ook kunt u spoelen met een desinfecterende mondspoeling.Huiduitslag, zoals rode bultjes of rode vlekken op de huid.
Zelden een droge huid. Waarschuw uw arts zodra u huidveranderingen opmerkt, omdat soms ook ernstige huidbijwerkingen kunnen ontstaan (Zie Zeer zelden).
Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)
Trillen of spierenspasmen.
Zenuwbeschadiging. Dit merkt u aan een tintelend of doof gevoel in handen of voeten, pijn in armen of benen.
Waarschuw dan uw arts.
Veranderingen in de hoeveelheid mineralen in uw bloed (kalium, calcium, natrium, magnesium en fosfaat).
Hierdoor heeft u meer kans op hart- of vaatziekten. Raadpleeg uw arts als u pijn op de borst krijgt of vocht vasthoudt.Uw arts zal bloed regelmatig controleren om tijdig in te kunnen grijpen.
Te langzaam werkende schildklier. U merkt dat aan verstopping, kouwelijkheid en een sloom gevoel.
Raadpleeg in dat geval uw arts.
Haaruitval
Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)
Leverbeschadiging of leverfalen. Waarschuw meteen een arts bij een gele kleur van uw huid en oogwit (geelzucht), donkere urine, pijn in buw bovenbuik of een bleke ontlasting.
Uw arts zal de werking van uw lever controleren voor u met de behandeling begint en regelmatig tijdens de behandeling.
Gaatje in de wand van maag of darm (maag- of darmperforatie).
Er kan hierdoor maag- of darminhoud in de buikholte lopen. Dit is een ernstige situatie. Als er een dergelijk gaatje is ontstaan, mag u dit medicijn niet verder gebruiken.
Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u onder andere aan galbulten, huiduitslag en jeuk.
Raadpleeg dan een arts.
In zeer zeldzame gevallen ontstaat een zeer ernstige overgevoeligheid met een rode loslatende huid en blaren. De blaren ontstaan vooral op de lippen en op de slijmvliezen van de mond en geslachtsdelen. Waarschuw dan meteen een arts of ga meteen naar de Eerste-hulpdienst.
Blijkt u inderdaad overgevoelig te zijn voor dit medicijn, meld dat dan altijd aan uw apotheker. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn of medicijnen die hier veel op lijken, niet opnieuw krijgt.Huidkanker
Uw arts zal uw huid regelmatig controleren. Het is belangrijk elke huidverandering te melden aan uw arts.
Ernstige aandoening van de hersenen (deze aandoening heet PRES). Waarschuw uw arts bij sufheid, verwardheid, hoofdpijn, slechter zien en epileptische aanvallen.
Zeldzame stollingsstoornissen, zoals trombotische microangiopathie (TMA) en trombotische trombocytopenische purpura (TTP).
Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden
Uitleg frequenties
Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen
Gebruik
Wanneer?
Gebruik dit medicijn meteen na een licht ontbijt. U mag hierbij niet te veel vet eten. Een voorbeeld van een vetarm ontbijt is: ongeveer 30 gram ontbijtgranen, 1 glas magere melk, 1 sneetje toast met jam, 1 glas appelsap en 1 kop koffie of thee.
Hoelang?
Meestal moet u dit medicijn 3 weken achtereen gebruiken. Daarna een week niet, waarna u weer met 3 weken gebruik begint.
U kunt regorafenib meerdere maanden of jaren gebruiken. Uw arts zal uw bloed regelmatig onderzoeken om te controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Vergeten
Het is belangrijk dit medicijn consequent in te nemen.
Bent u een dosis vergeten en komt u er op dezelfde dag achter? Neem de vergeten dosis dan zo snel mogelijk in. Komt u er de volgende dag achter? Sla dan de vergeten dosis over. Slik nooit een dubbele dosis op één dag.
Verboden
autorijden?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.
alcohol drinken?
Alcohol irriteert de slijmvliezen van het maagdarmkanaal. Het vergroot daardoor de kans op bijwerkingen op de maag en darmen. Gebruik daarom liever geen alcohol tijdens de kuur en zolang u last heeft van uw maag en darmen.
alles eten?
Bij dit medicijn kunt u beter niet te veel grapefruit eten, of grapefruitsap drinken. Dan is de kans op bijwerkingen namelijk groter.
- Wilt u grapefruitsap drinken? Drink niet meer dan 2 dagen per week een glas grapefruitsap. En wacht elke keer dat u grapefruitsap heeft gedronken ten minste 3 dagen totdat u weer grapefruitsap drinkt.
Dus: als u op maandag grapefruitsap drinkt, wacht dan tot donderdag met het opnieuw drinken van grapefruitsap. - Wilt u grapefruit eten? Eet niet meer dan 2 dagen per week 1 of 2 grapefruits. En wacht na elke keer dat u grapefruit hebt gegeten ten minste 3 dagen totdat u weer grapefruit eet.
Dus: als u op maandag grapefruit eet, wacht dan tot donderdag met het opnieuw eten van grapefruit.
Bent u gewend om veel of vaak grapefruits te eten, of grapefruitsap te drinken? Bespreek dit dan met uw apotheker of arts. Misschien is er een ander medicijn dat u kunt gebruiken dat wel goed samengaat met grapefruit(sap). Lees hier meer informatie over grapefruit en medicijnen.
Wisselwerking
Dit middel heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.
De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.
- Rosuvastatine, een cholesterolverlager. Door de combinatie met regorafenib heeft u meer kans op bijwerkingen van de cholesterolverlager. Vooral belangrijk hierbij is spierbeschadiging. Deze is te herkennen aan snel opkomende hevige en onverklaarbare spierpijn, spierzwakte, minder plassen en bruine urine. Stop dan meteen met de cholesterolverlager en raadpleeg uw arts.
- Rifampicine, een antibioticum tegen tuberculose en hersenvliesontsteking. Rifampicine beïnvloedt de werking van regorafenib. Het kan hierdoor minder goed werken of meer bijwerkingen veroorzaken. Als u toch beide medicijnen moet gebruiken, zal uw arts het effect goed in de gaten houden en de dosering van regorafenib indien nodig wijzigen. Als u stopt met rifampicine duurt het een paar weken totdat dit effect van rifampicine op regorafenib weg is.
- Vaccins, zoals bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin, rotavirusvaccin en BCG-vaccin. Regorafenib vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op bijwerkingen ervan verhogen. Gebruik deze vaccins NIET. Overleg hierover met uw arts.
Andere vaccins, zoals influenzavaccin, tetanusvaccin en vaccin tegen baarmoederhalskanker, werken minder goed door regorafenib. Overleg met uw arts. Soms kan in uw bloed onderzocht worden of het vaccin goed heeft gewerkt. Soms zal uw arts voorstellen een extra vaccinatie te geven. - Acenocoumarol en fenprocoumon, antistollingsmiddelen. Meld het aan de trombosedienst als u regorafenib gaat gebruiken, als de dosering wijzigt of als u gaat stoppen met regorafenib.
- Bepaalde hiv-middelen. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.
- Sommige medicijnen tegen kanker. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat. De werking of bijwerkingen van deze medicijnen kunnen veranderen. Overleg hierover met uw arts.
Sommige medicijnen kunnen de bijwerkingen van regorafenib versterken. Overleg met uw arts als u een van de volgende medicijnen gebruikt.
- Claritromycine en erytromycine, antibiotica.
- Itraconazol en voriconazol, medicijnen om in te nemen tegen schimmelinfecties.
- Ketoconazol, een medicijn tegen de ziekte van Cushing.
Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.
Zwangerschap
Zwangerschap
U mag dit medicijn NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Er is een grote kans dat het aangeboren afwijkingen bij het kind veroorzaakt. Gebruik daarom een goede anticonceptie tijdens en tot minstens 2 maanden na de behandeling.
Borstvoeding
Geef GEEN borstvoeding als u dit medicijn moet gebruiken. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk komt en of het bijwerkingen bij het kind zal geven.
Stoppen
Een behandeling met dit medicijn is zwaar en kan moeilijk vol te houden zijn, ook al helpt het u de ziekte te onderdrukken. Wordt de behandeling u te zwaar, bespreek dat dan met uw arts of verpleegkundige. Samen kunt u de bijwerkingen bespreken en kijken of er alternatieven zijn.
Handelsinformatie
Regorafenib is sinds 2011 internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar in tabletten onder de merknaam Stivarga.
Disclaimer
Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.